dinsdag 14 juli 2009

Vadermoordenaar


De hemel was blauw als de zee en de zon stond heet als een krolse negerin. Neen het was helemaal geen begrafenisweer. En toch was het net dat warme weer dat mijn vaders hart fataal was geworden er verantwoordelijk voor dat de hele familie - echtgenote, broers, zussen, kinderen zonder kleinkinderen - vandaag waren samengekomen aan de rand van de grafkuil, nu nog open, straks dicht, en om beurten een kluit grond op de kist gooiden. Zeventig jaar was hij geworden. Hij had een mooi leven achter de rug. Geen betere getuige daarvan dan die éénzame vrouwenfiguur, die ver buiten de krans van rouwenden stond en die ik desondanks toch had opgemerkt. Alhoewel een voile haar gezicht verborg, had ik dat silhouet uit de duizenden herkend. Het was dat van Yoko, vaders veertigjarige maîtresse. Pas twintig was ze toen hij haar voor mijn neus had weggekaapt op de receptie van het Japanse bedrijf waar we alle drie voor werkten, vader als directeur, ik als kaderlid, zij als beginnende bediende. En al was ze inmiddels veel hoger in de rangen gestegen, mijn vaders maîtresse was ze heel die tijd gebleven ook toen hij ouder werd. "Wordt het niet eens tijd dat je papa inwisselt voor een jonger model?", had ik slechts een paar weken geleden op schertsende toon gevraagd, al kon ik geen van ons beiden met die toon bedriegen, want we wisten alle twee dat ik haar altijd gewild had en nog steeds wilde. "Ik hoop dat je oordopjes indoet als je een keertje naast ons komt logeren", had ze me geantwoord, "want ik zweer je dat hij me nog altijd kan laten schreeuwen van genot." En daarbij schonk ze me een uitdagende blik, die me in de grond liet zakken van jaloersheid.
Ze was nog steeds een schoonheid, dacht ik bij mezelf terwijl ik uit een ooghoek naar haar profiel gluurde, ook al had haar huid de soepelheid van de jeugd verloren. Ik kon de gedachte niet onderdrukken dat ik misschien eindelijk een kans maakte, nu vader niet langer zijn lange slagschaduw op me wierp.


De plechtigheid was afgelopen. Terwijl mijn oudere broer mijn moeder al naar de auto begeleidde, schudde ik verstrooid nog wat handen van mensen die Yoko aan mijn zicht onttrokken. Toen de laatste was verdwenen was ook zij weg. Dat dacht ik althans tot ik plots haar stem in mijn oor hoorde "Om middernacht. Hier". Haar adem was als een streling langs mijn wang. Was het mijn verbeelding die me deze woorden had ingefluisterd, vroeg ik me af terwijl ik haar zag wegstappen. Er was maar een manier om mezelf zekerheid te verschaffen.

Klokslag twaalf was ik terug op het kerkhof, enkel verlicht door de bleke schijf van de maan. Daar stond ze, nog steeds in de rouwkledij van vanmiddag, maar zonder voile en met opgestoken haren, tegen de hoofdsteen aan vaders graf aanleunend. Niet wetend wat me te wachten stond, stapte ik op haar toe. Bij haar aangekomen, draaide ze me terstond de rug toe. "Help me uit mijn kleed, wil je?", klonk het fluisterend. Haar stem was schor van de opwinding. Ik ritste haar kleed los en zij liet het dan met gekruiste handen van haar schouders glijden. Ze was spiernaakt eronder. Ik trok mijn adem in toen ze zich naar me toekeerde. Ze was nog mooier dan ik me had gedroomd. Ik wist niet waar ik eerst moest kijken. Naar de hoge jukbeenderen, de wrede mond, kleine borsten of het penseelstreepje schaamhaar op haar onderbuik. "Waarom…?", stamelde ik. "Vraag niets. Grijp je kans", zei ze voor ze zich op de marmeren grafzerk uitstrekte. De koude aanraking van de steen deed een huivering door haar lichaam trekken. Ik kleedde me in zeven haasten uit en stelde tot mijn genoegen was dat ze van tussen haar wimpers gefascineerd naar mijn harde geslacht gluurde. Ik wilde me bovenop haar uitstrekken, maar zij wentelde zich op haar buik, trok haar knieën onder zich zodat haar billen de hoogte in gingen, schoof dan vooruit en legde dan haar armen op de hoofdsteen met het medaillon met mijn vaders foto, waar ze haar lippen tegen drukte in een kus. Wat een verdorven fantasie was dit! "Neem me", prevelde ze.

Ik legde mijn ene hand op haar prachtige billen, plooide mijn pik door met de andere en penetreerde haar dan. Ze kreunde extatisch, haar kut ritmisch dichtknijpend rond mijn pik terwijl ik haar gestaag nam. Ze had een arm onder haar lichaam waarmee ze haar klit prikkelde terwijl ze mijn vaders naam als een mantra voor zich uit scandeerde. Beeldde ze zich soms in dat hij het was die haar neukte? Mij maakte het niet uit wat ze zich voorstelde. Wat ik wist is dat ik het was die in haar nam, terwijl hij onder de plaat, onder de aarde, onder de houten planken van de kist aan het wegrotten was. In de dood heb ik je eindelijk overwonnen ouwe! Ik gooide mijn hoofd in mijn nek en lachte triomfantelijk. Mijn vreugde werd nog groter toen haar lijf onder me begon te schokken en ze een lange reutel slaakte, niet die van de dood maar van het orgasme. Haar kut pulseerde rond mijn eikel, me de zaligste lustpijnen bezorgend.

Tot rust gekomen schoof ze langzaam van mijn lul af en draaide zich opnieuw om, haar arm naar me uitstrekkend "Kom", zei ze. Ik strekte me naast haar uit op de brede grafsteen. Zij kwam overeind en ging schrijlings over me heen zitten. Ze nam mijn gladde geslacht stevig beet in haar kleine vuist, tilde haar billen van mijn bovenbenen en schroefde zich dan op me vast terwijl haar mond zich opende in een wellustige grijns.

Ze bereed me bedreven. Ik keek mijn ogen uit naar het over en weer schuiven van haar gekartelde kut over mijn pik, naar haar wippende borstjes en haar gezicht dat als een heiligenhalo werd omkranst door de maneschijf. En zij keek mij op haar beurt aan met een blik zo onpeilbaar dat hij me haast onwennig maakte. Ze bracht haar handen naar haar hoofd, trok de lange priemnaald, die haar knot samenhield, er uit en schudde haar inktzwarte haren los. Ze verstrengelde haar vingers rond de naald en hief tenslotte haar armen hoog boven haar hoofd. En toen stak ze toe. En toe. En toe. Ik kwam klaar in een geiser van bloed en zaad. Het laatste wat ik hoorde was haar triomfantelijke lach.

De ochtend erop vonden ze mijn levenloze naakt lichaam op de grafzerk.
Negen maanden later beviel Yoko van een zoon, die ze naar mijn vader noemde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten